MENU

Geen vaarverbod

Vaarverbod

De verliefde asperge

Ik lag met jou in hetzelfde bed
We sliepen wel rechtop
Jij stak er net wat bovenuit
Vandaar jouw blauwe kop

Ik was stapel op jouw lange lijf
Dat mag je nu best weten
Ik vond jou echt een reuze wijf
Gewoon om op te vreten

Laatst droomde ik de hele nacht
Aan een stuk door van jou
Jij werd mijn bruid mooi wit
Omdat ik van sleepasperges hou

Plots werd mijn droom bruut verstoord
Ik bloedde aan mijn kuiten
Wij werden allebei vermoord
Door zo’n hovenier van buiten

Wij werden in een kist gelegd
En spoedig daarna gewassen
Mijn rug was krom de jouwe recht
Jij was dus eerste klasse

Wat wreed toch van zo’n hovenier
Ons zo uiteen te rukken
Ik heb jou daarna nooit meer gezien
Want ik lag bij de stukken

Weet je wat ik het gekke vind
Het is eigenlijk heel stom
Terwijl ons leven in de grond begint
Is dat bij de mens net andersom

Paul Asselbergs  1945

 

Het is mooi weer en de asperges schieten inmiddels de grond uit. Tijd om je daar te goed aan te doen. Vroeger moest je in Amsterdam blij zij als je bij de groenteman voor veel geld een bosje uitgedroogde stengels kon kopen, dus ik was er indertijd niet zo juichend over. Echter……

Toen ik mijn (Limburgse) vrouw net had ontmoet nam haar moeder mij in het voorjaar mee om het Limburgse goud in te slaan. Bij een boerderij kocht ze forse hoeveelheden knisperend verse asperges. Thuis in de keuken werden die geschild en in de diepvries opgeslagen en een deel werd onmiddellijk opgegeten. Het waren schitterende asperges, maar een lichte kromming maakte ze ongeschikt voor de veiling, maar wel lekker voordelig. De smaak was hemels, vers van het land waren ze onweerstaanbaar lekker. Ook werden er stukjes ongeregeld verkocht voor de soep. Zeker niet te versmaden. Beladen met een grote tas keerden wij huiswaarts naar ons studentenkamertje. Het klassieke recept met gesmolten roomboter, ham, eieren en gekookte aardappel blijft natuurlijk een hoogtepunt, maar als variatie kan ik het volgende recept zeer aanbevelen.

 

Ingrediënten:

500 gram asperges, geschild
½ ltr kippenbouillon
400 gram kippendijfilet in reepjes
100 gram ongezouten cashewnoten
1 spriet sereh (citroengras)
1 cm geraspte gember
2 lente-uitjes in dunne ringetjes gesneden
2 sjalotjes
Maizena of aardappelmeel
Zout en peper naar smaak

Bereiding:

Bestrooi de kippendijreepjes met twee afgestreken eetlepels maizena, zout en geraspte gember en kneed dat erdoorheen. Laat een halfuurtje intrekken.
Snijd de asperges in stukken van 4 cm en kook ze beetgaar in de kippenbouillon.
Verhit op hoog vuur in een wok olie en bak daarin de sjalotjes tot die lichtbruin zijn. Schep die eruit houd apart.
Bak in de olie van de sjalot de kippendijreepjes samen met de sereh en de cashewnoten en doe de gebakken sjalot erbij.
Doe dan de asperges met de bouillon bij de kip en laat dit alles even doorkoken tot er een licht gebonden saus ontstaat door de maizena in de kip. Bestrooi met de fijngehakte lente-ui en laat nog een half minuutje zacht borrelen.

Serveren met geurige pandanrijst of basmati.

illustratie Iris Adriaansz